Onderwerp: Achterstag cascade maken, tip gevraagd

mystudio schreef :
Mooi, goed dat je gewoon iets realistisch hebt geïnstalleerd. ben wel benieuwd naar de ervaring van doorhalen bij harde wind... (en de voorlijk/stagspanning van de fok)...

Veel zeilplezier!

Fysica is heel realistisch

Soms is het geluk met de dommen

De dyneema achterstag met cascade zit erop. 1:24 met uitsluitend blokken. Bij het kromtrekken van de mast schat ik in dat ik zo'n 6 cm buiging realiseer, ik zal het nog eens exact nameten met zo'n handig tooltje. Maar je ziet het verschil goed tussen de eerste en tweede zaling. Ik merkte wel wat warmteontwikkeling tijdens het krommen, zoveel zelfs dat het een graadje warmer werd in Muiderzand, maar ik zie dat maar als een prettige bijkomstigheid Vooralsnog werkt dit goed, met 1 hand kan ik nu de kromming realiseren die ik wil, waar ik voorheen echt wel ff wat moeite moest doen. Project geslaagd!

Oogt goed. Een klein item.

Is dit blok wel hoger dan je hoofd?

Idealiter kun je hem staand op je zitbank nog wel loshalen voor het hijsen in de kraan.

Sorry, maar ik snap deze zorgen/post niet zo.
Er is 1 extra cascade gemaakt in het achterstag, dat is volgens mij geen denderende wijziging waardoor dat blok nu ineens levensgevaarlijk is of dat de mast er niet meer af kan.

Gepost met de officiële Zeilersforum-app

Joop66 schreef :
Dat denk ik niet.
500 + 625 = 1125 (niet 1000)

Als F₁ de kracht na de eerste cascade in het halende part is en de wrijving is 20%, dan is de kracht in het statische part dus 0,8 * F₁. Boven die eerste cascade (noem het F₀) wordt dus 1,8 * F₁ geleverd.

Als F₀ 1000 kg is, is F₁ dus 1000 / 1,8 = 555,6 kg; de kracht in het statische part is dan 0,8 * 555,6 = 444,4 kg.
Samen 1000 kg

Als F₀ 1000 kg is, is de benodigde kracht F_n in het halende part na n cascades 1000 * (1/1,8)^n
Dus na 5 cascades is dat 53 kg

Aanvulling:
Ik ga er trouwens van uit dat alle statische parten m.u.v. de eerste naar rechtsonder gaan, zoals mystudio het gemaakt heeft en niet zoals getekend, want anders wordt het geheel heel veel ongunstiger.

Kijk even naar de onderste cascade zoals getekend, noem de ingesloten hoek tussen het stationaire part en horizontaal alpha en de ingesloten hoek tussen het halende part en horizontaal beta. De kracht in het halende part is weer F_n en in het stationaire part 0,8 * F_n
Horizontaal krachtenevenwicht in de onderste LFR betekent dan
0,8 * F_n * cos(alpha) = F_n * cos(beta), dus 0,8 * cos(alpha) = cos(beta)
Hoek alpha zal dus kleiner moeten zijn dan beta => de LFR schuift naar rechts.

Verticaal geldt dat de verticale component van de kracht in het bovenliggende part (F_n-1) gelijk is aan F_n * sin(beta) + 0,8 * F_n * sin(alpha)

Als de lijnen kort zijn en de hoeken alpha en beta daardoor klein ben je vooral bezig de kont van je schip samen te knijpen.

Ik begrijp er helemaal niks meer van. Prachtige theorieen met behoorlijke verliezen. Nu de praktijk. Cascade met 2 blokken, 75mm en 60mm. 1:6 vertraging met Harken blokken. Totaal 1:24 nu. Loopt als een zonnetje. Met 1 hand zet ik de mast net zo krom als ik voorheen op de lier voor elkaar kon krijgen. Check. Werkt. Ik ga er nu nog 1 cascade bijplaatsen (gewoon, omdat het kan) met een LFR en dan gaan we kijken wat dat nog voor verschil maakt.
Overigens, die 1:6 heeft de meeste weerstand. Die zou ik niet weer maken. Dat merk je bij aanhalen niet zozeer, maar wel bij helemaal losgooien. Dan zit daar de meeste wrijving.

mystudio schreef :
Dat is de dikste lijn met (relatief) de scherpste bochten in de lijn, en ook nog het grootste aantal.

Kun je bij de stag boven de cascades om eens te meten (Sélden) hoeveel kracht er nu echt in de hekstag komt? Dan kunnen we het totale verlies eens uitrekenen.....

Da's ook niet zo gek, het zesde part (gerekend vanaf het part waar je aan trekt) is over 6 schijven gegaan, dus als je 3% verlies per gelagerde schijf hebt (een algemene aanname) is de kracht in dat part nog maar 83% van de kracht in het part waar je aan trekt.

Als de ingesloten hoek tussen de twee benen van je achterstag ong 30° is schat ik met verliezen een overbrenging van ong 1:20.
Met een cascade obv LFR erbij kom je op pakweg 1:36.

Dan trek je er in je voorstag straks toch 2 à 3 ton bij.

Mijn idee! Maar je komt er wat moeilijk bij. Misschien eens in een sluis . Of iemand de mast in en dan bovenin meten. Vrijwilligers? Idealiter doen we 2 metingen; eentje met de situatie nu met blokken en eentje met de extra LFR erbij.

Baasklusje schreef :

Dat heet je rijk rekenen.
Maakt verder ook allemaal niet uit want je zet gewoon zoveel vertraging als je denkt nodig te hebben.
Hoeveel het dan uiteindelijk is zal je worst wezen toch?

mystudio schreef :
De voorstag meten? (alleen als er geen profiel omheen zit).

Al dat "meten" heeft alleen maar zin als de leverancier van de draad je weet te vertellen wat de "strand modulus" van de toegepaste kabel is.
Die is net zo afhankelijk van de constructie en uitvoering als van het materiaal.
(Even browsend varieert die tussen verschillende fabrikanten voor RVS 316 1x19 tussen 107,5 en 127 kN/mm^2)

Dus ik zou eigenlijk maar gewoon doen wat mystudio doet: kijken of je met de opzet die je gemaakt hebt de mastkromming die je wenst voor elkaar kunt krijgen.

Waar denk je dat zo’n Loos & Co stagmeter op is gebaseerd?

Die is nog erger, want gebaseerd op buigstijfheid.

Goed gedaan!

JotM schreef : Yup. Zal wel ergens op gebaseerd zijn:-)