Het volgende verhaaltje heb ik waarschijnlijk al eens eerder gepost, niet gaan schelden als dat zo is.
BUNKEREN
De “Harmanna” Kwam daarstraks in de sluis, met een volle lading kunstmest, 254 ton!!
Geladen bij de Hoogovens voor Slootdorp in de Wieringermeer.
De “Harmanna” is de allerlaatste nog met vracht varende tjalk, een unicum.
De schipper, Piet de Jonge, komt altijd even boven voor een praatje met Grunnigertongval, ook nu weer.
Ondanks dat hij al eenenzeventig is, waar hij beslist nog niet naar uitziet, denkt hij er hard over om nog een boegschroef te laten inbouwen en ook meteen een computer met elektronische kaarten aan te schaffen.
Dat laatste, om ’s winters met slecht zicht, te kunnen varen op wateren waar de betonning wordt opgenomen of gehalveerd i.v.m. ijsgang.
Aan een radarpapiertje zal hij niet zo snel nog beginnen, maar een elektr. krt. waarop je je eigen schip ziet varen, dat lijkt hem wel wat.
Onderweg van IJmuiden naar de Willemsluizen in Amsterdam, passeert hij de Voor Zaan, daar gaat hij dan meestal even bunkeren.
Ook nu weer, alleen duurt het dit keer wel erg lang.
Dat heeft als oorzaak, dat alleen de vader van de bunkerboer aanwezig is en deze kan niet omgaan met het systeem van het bunkerbootje, dus moet het via de pomp van het ponton en die is er niet op berekend om snel grote hoeveelheden te verwerken.
Daar komt nog bij, dat hij eerst een tankje voorop moet bijvullen en dan pas achterop aan de gang kan.
Om dat “pa” niet weet hoe hij de verlengde slang moet aankoppelen, moet de “Harmanna” verhalen.
Al met al duurt het een eeuwigheid.
Net voor alles vol zit, komt de bunkerboer zelf terug.
Piet zegt dat dit toch wel een beetje teveel van het goede was en dat hij beter naar firma “JOSTA” aan het IJ was gegaan.
Op dat moment blijkt dat “pa”, na het vullen van het voorop tankje, de meterstand niet heeft opgeschreven, maar wel de teller op nul heeft gezet.
Piet weet ook niet hoeveel er in ging, dat kan iets van honderd maar ook tweehonderd liter geweest zijn.
Nu raakt Piet een tikje ontstemd, dit kan toch niet waar zijn?
Hij wil best betalen voor wat hij heeft gehad, maar nu weet niemand hoeveel dat is en hij wil ook niet teveel betalen.
De bunkerboer, die precies weet hoe je een Groninger blij maakt, haalt zijn schouders op en zegt:’Ach schipper, maak je niet druk, bij welk ander bunkerstation krijg je gratis gasolie?’
Albert